Vlaanderen staat bekend om z’n Vlaamse wielerklassiekers én om z’n culinaire Vlaamse klassiekers. DVLR DDB creëerde voor Cycling In Flanders (Toerisme Vlaanderen) de opportuniteit om van beide tegelijkertijd te genieten dankzij een wel heel unieke energy gel, ééntje met stoverij.
Het wielervoorjaar werd reeds enkele weken geleden op gang getrapt. Voor veel toeristische organisaties is dat hét moment om hun land in de kijker te zetten als ideale wielerbestemming. Voor Cycling In Flanders, het wielermerk van Toerisme Vlaanderen dat buitenlandse wielertoeristen naar Vlaanderen wil lokken, is dat niet anders. Om op te vallen in het overaanbod van toeristische campagnes ontwikkelde DVLR DDB daarom energy gels met de smaak van stoofvlees en frietjes. Jawel, je leest het goed.
In de campagne ontdek je het ontstaansverhaal van de energy gels. Ze zijn namelijk dé oplossing voor een typisch Vlaamse brasserie die moet opboksen tegen de stravaïsering van de koers. De brasserie ligt namelijk op een Strava-segment van de befaamde ‘Flandrien Challenge’. De film werd gemaakt in samenwerking met CZAR.
Voor de productie van de gels werd er samengewerkt met smaakexperten van Unicum Trade Botanicals, die de juiste aroma’s kozen om de Vlaamse Klassieker alle eer aan te doen. De packaging werd voorzien door DeVe-Pack.
“De eerste reactie van mensen zegt veel: ze zijn een klein beetje verrast, maar vooral heel benieuwd. De Flemish Classic energy gel is de ideale conversation starter én uithangbord om fietsen in Vlaanderen te promoten. Zalig fietsen en zalig eten, daar draait het bij ons toch om?” zegt Kwint De Meyer, creatief directeur bij DVLR DDB.
Peter De Wilde, CEO van Toerisme Vlaanderen, vult aan: “Vlaanderen is koers en lekker eten. Deze campagne combineert het beste van 2 werelden: een Vlaamse klassieker eten, terwijl je op het parcours van een wielerklassieker fietst. Met deze originele invalshoek willen we wielertoeristen wereldwijd overtuigen om de komende maanden zelf eens op onze legendarische kasseihellingen hun benen te testen, en om nadien dezelfde benen onder tafel te schuiven bij één van onze vele brasserieën en restaurants, voor een echt bord stoofvlees-friet.”